|
Van de voorzitter
Het is alweer enige tijd geleden dat jullie wat van ons, het bestuur, hebben gehoord. Op de eerste plaats heeft dit te maken met het Coronavirus wat ons dwingt tot een pas op de plaats. Maar we zien toch licht aan het einde van de tunnel. Hopelijk kunnen we na de zomervakantie onze verenigingsactiviteiten hervatten.
Ten tweede heeft het even geduurd omdat er iets moois in de maak was. Het uiterlijk van onze Nieuwsbrief: “Kèk Liemt - Kèk Efkes” heeft een facelift ondergaan en het resultaat ligt voor jullie. Een anonieme gift, speciaal bestemd voor dit doel, heeft ons deze mogelijkheid geboden waarvoor we de schenker heel erg dankbaar zijn.
In onze laatste nieuwsbrief van januari j.l. riepen we jullie op om verhalen over Liempde en de Liempdenaren aan te leveren. Op onze website hebben we een verhalenknop laten aanbrengen waar we deze verhalen bewaren. Dus nogmaals de vraag vertel ze ons, we komen graag naar jullie toe en schrijven het verhaal zodat ook onze kindskinderen weten hoe het leven in Liempde, vroeger, was. Alvast hartelijke dank.
Els Vissers |
|
|
|
Ansichtkaarten van Liempde
Hoewel er deze maand versoepelingen zijn ingevoerd, verwachten we, zoals onze voorzitter al zegt, na de zomervakantie voorzichtig onze activiteiten op te pakken. We missen jullie. Vergeten zijn wij jullie niet. En jullie? Help ons vandaar deze herhaalde oproep: Schiet mooie plaatjes van ons prachtige dorp zodat we Liemt weer op de (ansicht)kaart kunnen zetten. We rekenen op jullie. Stuur je foto naar info@kekliemt.nl en zet erbij waar de foto is gemaakt. |
|
|
|
|
|
|
Oral History...
Onze vereniging is door de gemeente Boxtel en SPPiLL uitgenodigd om verhalen op te tekenen over en rond het gebied van De Groote Waterloop in het project: "Gebiedprogramma Groote Waterloop Mozaïek Dommelvallei." Inmiddels hebben we twee keer met de projectleiders gesproken en is er intern een werkgroepje ingesteld om aan een eigentijdse presentatie te werken. Op bijgaande foto, gemaakt door ons lid Martien Roestenburg, de aanleg van het oude tracée van de Vleutstraat: 'De Rekkendonken'. Inmiddels is dit mooi begroeid en maakt het onderdeel uit van De Rouw Bommel. Nieuwsgierig geworden. In een van de volgende Nieuwsbrieven van Kèk Efkes vertellen wij u meer. |
|
|
|
De onbekende Marinus van der Goes van Naters
Het Geelders-perceel De Voorste Batencamp (zie ook verder), bij de Savendonksestraat, krijgt eind dit jaar met een dichtsteen een blijvende herinnering aan jonkheer Marinus van der Goes van Naters (1900 – 2005). Van der Goes van Naters was een bekend advocaat, natuurbeschermer en prominent PvdA-politicus. Hij stelde in 1948 Kamervragen over de ontginningen in het bos en drong via de Wet op het Nationaal Plan aan op bescherming van De Geelders. Zo voorkwam hij op het nippertje dat na de Voorste Batencamp ook de rest van De Geelders ontgonnen werd voor agrarisch gebruik. Zijn initiatief heeft mede bijgedragen aan de grote soortenrijkdom in De Geelders. Voor de Liempdse landschapgseschiedenis is hij net zo belangrijk als Roel J. van Benthem (1911-2003) waaraan ons boek "De Liempdse Scheeken tussen Gemeijnt en Wederopbouw. Van Woeste Grond naar Natuurparel" in 2016 opgedragen is. |
|
|
De Voorste Batencamp op Kasteren
In Liempde staan een aantal toponiemenbanken en toponiemen. Deze zorgen dat de Liempdse toponiemen zoals door Frits Beelen in 2002 in ons boek "Liempdse Contreien in Naam door de Eeuwen heen" beschreven zijn. De Voorste Batencamp, ruim zes hectare groot, lag eeuwen geleden tegen de Schutstraat en toenmalige Hoogstraat (nu Savendonkseweg) aan. De grond hoorde bij een van de Kasterense kartuizerhoeven zoals Het Groot Duijfhuis en de Slijkhoeve. In de nabijheid hiervan lag nóg een stuk grond dat exact even groot was: de Batencamp. Deze hoorde bij de kartuizerhoeve in Boxtel, aan de huidige Goorestraat, op Kleiner-Liempde. Zowel de Voorste Batencamp als de Batencamp waren boskampen, zoals alle kampen in De Geelders. Ze komen in de kartuizerarchieven vanaf de 16e eeuw terug als er hout werd verkocht. Beide kampen kwamen in 1683 in handen van Ewout Blanckaert. In het midden van de 19e eeuw vonden er ontginningen plaats; de toenmalige eigenaar Hendrikus Justinus van de Ven (1808-1875) liet er bovendien een boerderij bouwen. Anno 2021 zijn beide kampen (de ‘Buitenkamp’) deels eigendom van ARK, deels van Staatsbosbeheer, met uitzondering van de voormalige boerderij.
|
|
|
Familie Marggraff in Liempde
Grote delen van De Geelders zijn nu eigendom van de Marggraff Stichting (85 hectaren). De familie Marggraff is een zeer welvarende en beroemde Brabantse familie. In 1832 had Johan Christoffel Marggraff (1768-1832, zie foto) bijna 2 hectaren eigendom in Liempde / Kasteren; dat zijn nu de percelen die nog steeds in eigendom zijn en in De Maai (Liempde) liggen. In 1851 verkocht Eric Samuel Cassemajor gronden in De Geelders onder Sint-Oedenrode aan de zoon van Johan Christoffel, namelijk Lodewijk Willem Jan Marggraff, vrederechter en kantonrechter (1799-1873). Bernard van Rijckevorsel (1797-1841), de toenmalige eigenaar van Het Groot Duijfhuis (Liempde) had ook veel eigendommen in De Geelders. Na het overlijden van zijn weduwe, vrouwe Elisabeth Clara Vermeulen in 1862, werd een groot gedeelte van De Geelders (Liempde) ook aan Lodewijk Willem Jan Marggraff verkocht. Dit is de belangrijkste basis voor het totaal aan eigendom van de familie Marggraff in De Geelders (nu 85 hectaren). Dit eigendom kwam later bij zijn zoon mr. Johan Lodewijk Marggraff (1848- 1911) terecht. Ewald Marggraff (1923-2003) is de kleinzoon van Johan Lodewijk Marggraff en was de laatste eigenaar van de familie voordat het in handen kwam van de stichting Marggraff. Na de tragische dood van Ewald Marggraff in 2003 zijn de eigendommen in handen gekomen van de Marggraff Stichting. De zusters van Ewald, M. Sopers-Marggraff, J. Lewe van Aduard-Marggraff en C.R.J. Aghina-Marggraff, zijn in 2003 onder meer bestuurslid van deze stichting geworden. |
|
|
Boek Bodem van Elde
Samen met Natuurwerkgroep Liempde gaat (Stichting) Kèk Liemt weer een boek maken. Dit boek komt volgend jaar uit. Het wordt geschreven door Willie Damen-van de Mosselaer uit Sint-Oedenrode en Ger van den Oetelaar. De historische naam Elde komt op vele manier terug in het dagelijks gebruik (Zorggroep Elde; Elde College, etc.), vaak om een grensoverschrijdende activiteit aan te duiden. Toch is er tot op heden bijna niets gepubliceerd over de eeuwenoude Bodem van Elde, een gemeijnt die gedeeltelijk lag in de (voormalige) gemeenten Liempde, Schijndel, Boxtel, Sint-Oedenrode en Sint-Michielsgestel. Op 11 juni 1314 gaf Hertog Jan III van Brabant het gebruiksrecht van dit gebied gemeenschappelijk uit aan de inwoners van alle vier de omringende dorpen: Boxtel, Sint-Michielsgestel, Schijndel, Sint-Oedenrode en Kasteren onder Liempde. Van tevoren was het ook al een wildernis met ook woudachtige onderdelen. Het boek gaat over het gehele gebied maar zal vooral ook inzoomen op de deelgebieden Kasteren en Olland.
|
|
Het goed Velder en het goed Ter Velde in Liempde
Velder is uitgebreid beschreven in het mede door Kèk Liemt in 2015 uitgegeven boek “Velder en Heerenbeek. Oorsprong en Toekomst van twee Natuurparels in Het Groene Woud”. In het boek is duidelijk geworden dat “Ter Velde” en Velder niets met elkaar te maken hadden. Velder komt van het toponiem Vellaer. Het goed Ter Velde komt ook terug in de Liempdse geschiedenis, het goed dat verpacht wordt ligt in de buurtschap/herdgang Den Berg en is ook al erg oud. Zo is het ca 32 ha grote goed in handen van de dan al oude Wouter Antonij Hanschoenmakers. Hij zou het vruchtgebruik van de Hoef ter Velde toegezegd hebben gekregen. Het was naast land een huijs, schuering en stalling. Later blijken er twee erfdelen te zijn, een voor Adriaen Anthonij Hanschoenmakers en de andere voor Henderick van Abeelen als man van Annemarie dochter van Anthonij Hanschoenmakers. Een van de percelen was Het Duifhuis (in 1832 kad. E 186) genoemd, het lag tussen de huidige Vendelstraat en de Smaldersestraat, wellicht heeft daar ook eerder een duiventoren gestaan. |
|
|
Liempdse schapenverkoop in 1826
Liempde heeft ook schapen en enkele schaapskudden geteld, al waren die veel minder dik gezaaid dan in de omliggende dorpen, waar veel meer heide aanwezig was. De laatste Liempdse schaapsherder was Lambertus (Bert) van den Berk (1891-1963) die woonde aan de rand van De Scheeken. In 1826 verkoopt de Liempdse landbouwer Johannes Welvaarts (1773-1854) zijn 55 schapen via de notaris. Ze worden in twee kavels van 24 en 31 stuks verkocht. De eerste kavel wordt gekocht door Anthonij Adriaan Verhagen en de tweede door Simon van der Velden. In totaal brachten de schapen fl 124,50 op. Hieronder het gezin van de laatste Liempdse schaapsherder. |
|
|